Translate

zondag 24 mei 2020

Géraldine Schwarz beschrijft in De Geheugenlozen de continuïteit van de onverschilligheid



BOEK
Géraldine Schwarz   De geheugenlozen. De herinnering als wapen tegen populisme. Vertaald uit het Frans door Kris Lauwerys en Isabelle Schoepen. Winnaar van de European Book Award 2018. Uitgeverij Atlas Contact. Amsterdam / Antwerpen. Eerste druk, mei 2019.



Een voortdurende pendulebeweging tussen mildheid en veroordeling. Die maakt Schwarz in haar zoektocht naar het handelen van haar grootouders tijdens de Tweede Wereldoorlog. Zij beschrijft deze tocht in een bredere context van de 'continuïteit van de onverschilligheid': zeer lange tijd heeft de internationale gemeenschap na de oorlog verzuimd om af te rekenen met het nazi-verleden. Waar zij de loftrompet steekt over de wijze waarop Duitsland haar verleden heeft verwerkt geeft zij Nederland op dit punt een flinke draai om de oren. Op een enkele opmerking na die ik moeilijk kan plaatsen is dit een moedig, prettig leesbaar en humaan boek.








Géraldine Schwarz worstelt. Als kleinkind van enerzijds Duitse en anderzijds Franse grootouders probeert zij hun handelen tijdens de Tweede Wereldoorlog te duiden. En dat valt niet mee. Zij slingert heen en weer. Waar zij zich het ene moment mild en vergevingsgezind toont, is zij even later ronduit streng en veroordelend.

Dat geldt vooral voor haar opa aan vaders zijde, Karl Schwarz. Hoewel deze volgens de auteur géén overtuigd nationaalsocialist was werd hij wel vertegenwoordiger van de arbeidersvereniging onder de NSDAP. Op enig moment wordt hij geconfronteerd met de noodzaak van herstelbetalingen. Daar lag de beschuldiging aan ten grondslag dat hij tijdens de oorlog de joodse familie Löbmann tot koop gedwongen zou hebben. Op de pagina's 86 t/m 88 lijkt Géraldine Schwarz de handelwijze van haar opa te billijken. Redenerend vanuit zijn toenmalige wereldbeeld is haar toon verzoenend. Om even later, bijvoorbeeld op de pagina's 92 en 93, keihard toe te slaan.

"Maar deze bewering onthult ook dat hij zich aldoor bewust was van de illegaliteit van sommige wetten en praktijken in het Derde Rijk. Hij moet geweten hebben dat de 'schattingen' van de partij bewust belachelijk laag waren en dat de Löbmanns gedwongen waren een 'realistische' prijs te bepalen ….."
Deze ambivalentie legt de auteur ook aan de dag jegens de Franse ouders van haar moeder. Op pagina 182 erkent zij de kracht van de zwijgplicht in het naoorlogse Frankrijk waarschijnlijk te onderschatten. Maar Schwarz laat toch ook niet na om het volgende op te merken.

"De plaatselijke bewoners moeten die mannen, vrouwen en kinderen wel gezien hebben, die met honderden tegelijk in beestenwagons opeen werden geperst, op van de urine vochtig stro, met als enig gerief een emmer water en een kuip als toilet."

Gelukkig is daar haar eigen vader nog, Volker. Een witte raaf. Altijd zeer kritisch op zijn vader, haar opa Karl.


Continuïteit van onverschilligheid

Géraldine Schwarz (1974), een auteur, journaliste en documentairemaakster die met dit boek debuteerde, plaatst de zoektocht naar de waardering van haar grootouders in een bredere historische context. Die is doortrokken van één lijn: de continuïteit van onverschilligheid. In de gehele internationale gemeenschap trad na de oorlog geheugenverlies op. Eigenlijk veranderde er niets.



De Duitse bevolking had nauwelijks sympathie voor de slachtoffers van het nationaalsocialisme. In de jaren '50 vond al een grote amnestie plaats van gedetineerde nazimisdadigers. De Duitse prioriteit lag bij opbouwen, niet bij het verwerken van het verleden. Eerst met de historische toespraak van president Von Weizsäcker in 1985 (!) bevrijdde het Duitse volk zichzelf volgens Schwarz. In andere landen van Europa was de situatie vergelijkbaar. In Frankrijk bleef het op nazi-leest geschoeide Vichy-regime opduiken in het naoorlogse openbare leven. "Op school werd zo goed als nooit over de oorlog gepraat", aldus de moeder van Schwarz. Italië, Oostenrijk en Nederland: van hetzelfde laken een pak.





(Bron foto van Géraldine Schwarz: eerste pagina van boek)



Duitsland als kampioen van de verwerking

En dan maakt Schwarz een interessante sprong. Ondanks de late bevrijding acht zij Duitsland -vrij vertaald- de Europese kampioen van de verwerking van het oorlogsverleden. Na een prachtige ode aan de Duitse cultuur met haar afkeer voor lichtheid en haar neiging tot het absolute, somt zij de succesfactoren van die verwerkingsgeschiedenis op. En dat zijn er nogal wat.

In de geest van Hannah Arendt is de belangrijkste factor het accent dat Duitsland heeft durven leggen op de mogelijkheid dat een gewone burger Mitläufer kon worden. Iets wat Frankrijk volgens Schwarz heeft verzuimd. Dat land heeft daardoor de kans laten lopen om het verwerkingsproces te benutten voor de versteviging van de democratie.

Andere factoren die volgens haar aan een geslaagde verwerking hebben bijgedragen: een zeldzame diversiteit en kwaliteit van de Duitse pers, een grote speelruimte voor Duitse werkgevers, een gezonde relatie met autoriteit en kritiek, individuele morele verantwoordelijkheid van burgers, een diepe verankering van onderscheidingsvermogen, gemeenschapszin en intellectuele eerlijkheid. Schwarz heeft alleen kritiek op de wijze waarop het verleden haar weg in de Duitse kunst heeft gevonden.

En dan het contrast met Nederland. Dat is pijnlijk. Schwarz is zeer kritisch op de Nederlandse bejegening van joden na de oorlog. Maatschappelijk is er geen collectieve spijt over het geringe verzet tijdens de oorlog. De Nederlandse staat heeft nooit excuses aangeboden voor de Holocaust. Interessant is de relatie die Schwarz legt met de Nederlandse consensuscultuur. Heeft die wellicht bijgedragen aan het tekort aan bescherming van de joden? De consensuscultuur kan zich volgens haar tegen de mensenrechten, de vrijheid en de democratie keren. Fijntjes verwijst zij in dat verband naar de 'politieke extremen' van Wilders en Baudet.


Moreel appel

Schwarz laat niet na om haar eigen morele opvattingen ten beste te geven. Dat doet zij op moedige wijze in de, zij het soms wat ambivalente, veroordeling van haar grootouders. Welke waarden liggen daaraan ten grondslag? Allereerst de waarde dat de mens altijd -naast aandacht voor de feiten- empathie moet kunnen opbrengen. En ten tweede: de mens heeft altijd de plicht om te kiezen. De omstandigheden mogen nooit een alibi vormen om die verantwoordelijkheid te ontlopen.

Prachtig tot slot is haar pleidooi in de epiloog voor het herdenken van onze eigen feilbaarheid als individu. Dat deed mij denken aan de woorden van Arnon Grunberg bij de recente viering van 75 vrijheid.

"Herdenken is altijd ook een manier om aan te geven wie je nièt wenst te zijn, maar wie je toch meent te kunnen worden".


Tot slot

Misschien is het mijn geraaktheid als Nederlander bij alle kritiek die Schwarz op ons land heeft. Maar voor mijn gevoel slaat zij op één punt de plank mis. Dat is het punt waarop zij de politieke extremen in ons land in verband brengt met de diepgewortelde consensuscultuur. Extremen immers manifesteren zich ook in Duitsland, het meest nadrukkelijk met de partij Alternative für Deutschland. Hoewel Schwarz wel het sluimerende wantrouwen tegen moslims noemt laat zij bij alle waardering voor het verwerkingssucces van Duitsland een serieuze bespreking van dit politieke extreem achterwege. Dat vind ik een omissie.


Voor het overige is dit boek een moedig, prettig leesbaar en humaan document.


Paul Strijp, 24 mei 2020