BOEK
Alessandro Baricco De barbaren De Bezige Bij, Amsterdam, 2012.
Soms zijn er van die boeken die je wereldbeeld volledig op zijn kop zetten. Omdat ze je in verwarring achterlaten. Ja maar, hoe zit het dan met de kwaliteit van wat die barbaren voortbrengen? Omdat ze je helpen de wereld een beetje beter te begrijpen. "Oh, nu snap ik waarom mijn kinderen alleen maar met dat apparaatje communiceren en geen boeken meer lezen". En omdat ze je verwonderen. "Ja inderdaad, literaire klassiekers zijn in boekhandels steeds moeilijker te vinden". Alessandro Baricco schreef zo'n boek. Briljant, iets anders kan ik niet bedenken.
In essentie schrijft Baricco over de technologische revolutie waarin wij op dit moment verkeren. Het woord 'revolutie' neemt hij overigens niet in de mond. In plaats daarvan spreekt hij over een conflict tussen beschaving en barbaarsheid. Beschaving staat voor diepgang, reflectie, analyse, specialisatie en goed je best doen. Kortom: voor degelijkheid en keurigheid, iets voor oudere generaties. Barbaarsheid daarentegen vertegenwoordigt het moderne, het flitsende. Geen moeilijke en dikke boeken lezen maar snel over het web surfen, multitasking, vooral niet moe worden maar fun beleven.
De frivoliteit van Beethoven
Het aardige is dat Baricco niet vervalt in cultuurpessimisme. Iedere keer als je als lezer van de oudere generatie denkt "wat een treurigheid allemaal, waar gaat het heen met al dat oppervlakkige gedoe van de moderne internet-generatie?" laat hij je zien dat oppervlakkigheid juist een wezenskenmerk is van die generatie. De betekenis ligt voor haar aan het oppervlak, niet in de diepte. Het gaat haar om de opeenvolging van snelle en vluchtige ervaringen tijdens het surfen: ervaringen over voetbal, eten, film, muziek. Baricco staat erbij en kijkt ernaar. Hij blijft keurig waardevrij.
En af en toe herinnert hij de oudere generatie er fijntjes aan dat de cultuur die zij zo hooglijk waardeert, haar oorsprong juist in die oppervlakkigheid vindt. Hij citeert een gezaghebbend recensent uit de eerste helft van de negentiende eeuw, kort na het verschijnen van de Negende van Beethoven. "Elegantie, puurheid en maat, die de basisprincipes van onze kunst vormden, maken geleidelijk plaats voor een nieuwe, frivole en pompeuze stijl die wordt gehanteerd door de oppervlakige talenten van onze tijd. Hersenen die, door opvoeding en gewoonte, nergens anders aan kunnen denken dan aan kleren, mode, roddels, romans lezen en morele losbandigheid, zijn nauwelijks in staat te genieten van de ingewikkeldere, minder koortsachtige geneugten van de wetenschap en de kunst. Beethoven schrijft voor díé hersenen (...)" Baricco kan een glimlach niet onderdrukken, je voelt het.
Baricco bood mij met dit boek houvast, verwondering en verwarring. Die drie elementen zal ik hieronder uitwerken. Maar laat ik beginnen met een kritische noot, want die is er ook.
Ik wilde je alleen maar even aan het denken zetten
In nauwelijks vijf pagina's werkt Baricco een hypothetische, maar zeer verstrekkende gedachte uit. De gedachte dat de afrekening met de gruwelijke en oorlogszuchtige twintigste eeuw een belangrijke drijfveer voor de barbaren is. De redenering luidt ongeveer als volgt. De cultuur van de beschaving met haar eisen van diepgang en reflectie was voor veel mensen onhaalbaar. Die cultuur vroeg eenvoudigweg te veel van hen. Als reactie of compensatie zochten die mensen een alternatief. En vonden dat in het ideaal van de natie en het ras. Met alle catastrofale gevolgen vandien. De barbaren daarentegen zochten juist beschutting tegen die ramp van hun voorvaderen. Hier toont Baricco zich voor mijn gevoel te simplistisch. Oppervlakkigheid mag dan tegenwoordig een deugd zijn, de uitwerking van een dergelijke gedachte vereist nog altijd uitvoerige analyse en diepgang. "Ik wilde je alleen maar even aan het denken zetten", zo besluit hij zijn vijf pagina's. Gelukkig is dit zijn enige faux pas.
Houvast: André Rieu als nieuwe Beethoven
Behalve dat Baricco houvast biedt bij het begrijpen van je kinderen, leert hij je ook nieuwe cultuurverschijnselen anders te duiden. Dat wil zeggen: niet meteen te veroordelen. Op 5 juli 2013 schreef Govert Derix een artikel in de Volkskrant over het succes van André Rieu in Brazilië. Dat succes is eclatant, Rieu is in tout Brazilië te ontwaren. En evenals de recensent van Beethoven verkettert de culturele elite hem. Zij heeft grote moeite met Rieu als -in termen van Derix - de vleesgeworden globalisering van de klassieke muziek. Ik heb nog steeds niet veel met zijn muziek, maar merk toch dat ik milder ben geworden in de waardering van zijn artistieke prestaties.
Verwondering: biografieën in de boekhandel
Kort na het lezen van de Barbaren stapte ik een AKO-boekwinkel binnen. Mij viel op dat de biografieën je om de oren vliegen. Over André Hazes, Ronald Koeman, Zlatan Ibrahimovic, prinses Beatrix, René van der Gijp en vele anderen. Verwondering maakte zich van mij meester. "Die dekselse Baricco, hij had gelijk met zijn beschouwing over boeken", schoot door mijn hoofd. De essentie van die beschouwing is dat het hedendaagse boek gebruikt wordt voor het doorgeven van betekenissen die elders, buiten het boek, zijn gegenereerd. Madame Bovary vond haar betekenis in het boek van Flaubert zelf, de biografie van Hazes is alleen maar een doorgeefluik voor hetgeen televisieproducties en de musical al hebben laten zien. Gelukkig trof ik, als man van middelbare leeftijd, ook nog het boek Stoner tussen de biografieën.
Verwarring: de kathedralen van de barbaren?
Tot slot. Baricco laat je achter met een kiezel in je schoen. Hij creëert verwarring, vragen waar je het antwoord niet op weet. Mijn kiezel gaat over de kwaliteit van hetgeen de barbaren voortbrengen. Baricco spreekt over een herformulering van het concept van kwaliteit. Kwaliteit zit niet meer zo zeer in een ideaal van permanentie, vast en voltooid, maar veeleer in een beweging, een reis. Dat mag allemaal waar zijn, maar hoe zit het dan met de duurzaamheid van de producten van de barbaren? En van welke barbaarse producten zullen mensen over vijfhonderd jaar genieten? Vanaf het jaar 1200 verrezen talloze kathedralen in Europa. Mensen bouwden deze met veel toewijding en inspanning, soms wel vele decennia lang. Het gevolg is wel dat wij er vandaag de dag nog volop van genieten. Welke kathedralen bouwen de barbaren? Ik ben er nog niet uit.
Paul Strijp, 16 augustus 2013
Geen opmerkingen:
Een reactie posten